Bijtwond

Definitie

U bent gebeten door een dier of mens. We noemen het een bijtwond als de beet echt door de huid heen gaat.

Kenmerken

Een beet leidt meestal tot een kneuzing. De huid zwelt dan op en heeft blauwe plekken. Meestal is de verwonding niet ernstig en geneest vanzelf. Na elke bijtwond is er een kans op infectie door bacteriën. De kans op een infectie is bij diepe wonden groter.

Een bijtwond ziet er zo uit:

  • Soms zit er een blauwe of rode plek.
  • De huid is geschaafd, opengescheurd of doorgeprikt.
  • Vaak hebben de punten van de tanden kleine gaatjes in de huid gemaakt.

Een bijtwond kan flink bloeden en pijn doen. Soms is ook een pees, gewricht, zenuw of bot beschadigd.

Behandeling

Spoel de bijtwond goed uit onder de kraan met lauw water. U mag ook zeep gebruiken om de wond uit te wassen. Dek een grote wond na het uitwassen af. Bijvoorbeeld met een schoon verband of een schone doek. Neem daarna contact op met uw huisarts. Bel direct als u bent gebeten door een giftig dier, zoals een slang.

Uw huisarts hecht een bijtwond meestal niet. In de wond kunnen bacteriën zitten van het dier/mens dat u gebeten heeft. Door de wond te hechten kunnen die bacteriën niet meer naar buiten. Dat verhoogt de kans op een infectie. Daarom laten we ook grotere bijtwonden meestal open. Bij beschadiging van een pees, gewricht, zenuw of bot verwijst de huisarts u naar de chirurg.

Tetanusinjectie: Bij elke bijtwond is er kans op een infectie met tetanus. Tetanus is een infectieziekte die zeer ernstig kan zijn. De meeste mensen in Nederland zijn tegen tetanus ingeënt. Kinderen worden door het consultatiebureau ingeënt. Indien u nooit ingeënt bent, dan is het belangrijk dat u zo snel mogelijk een injectie krijgt met antistoffen tegen tetanus. Is uw laatste inenting tegen tetanus langer dan 10 jaar geleden dan krijgt u een herhalingsinjectie. Dit kan eventueel een dag na de beet gebeuren.

Antibiotica: In sommige gevallen krijgt u antibiotica om de kans op een infectie te verminderen. Bijvoorbeeld:

  • Bij een mensenbeet of kattenbeet;
  • Bij bijtwonden aan hand, pols, been of voet;
  • Bij diepe ‘tandprikbeten’ die u moeilijk kunt uitspoelen en die weinig bloeden;
  • Bij bijtwonden met rafelige en gekneusde wondranden;
  • Als uw weerstand verminderd is;
  • Als u een bepaalde chronische aandoening heeft, zoals suikerziekte.

Zit de wond aan uw been, dan kunt u uw been hoog leggen
Draag bij een wond aan uw hand of arm een mitella (driekante doek). Neem bij een bijtwond altijd contact op met uw huisarts. Let in de eerste dagen goed op of de wond gaat ontsteken en neem opnieuw contact op met de huisarts als de wond rood of dikker wordt, gaat kloppen of gloeien, er pus uitkomt, of als u koorts krijgt.

 

Bron: NHG-Standaard Bacteriële huidinfecties.

Leefstijladvies

Dieren die zich bedreigd voelen gaan vluchten of aanvallen. Kunnen ze niet weg, dan bijten ze. Ook als u met uw huisdier stoeit of als kinderen met elkaar vechten, kan iemand worden gebeten.